Lamsoor en zeekraal waren vroeger armeluiskost. Nu worden deze schaarse zeegroenten als delicatesse gezien, wat de verbouw interessant maakt voor gespecialiseerde telers. Vooruitziende investeerders hebben echter enorme projecten opgezet voor zoute tuinbouw, want veertig procent van ’s werelds landbouwarsenaal is aan het verzilten. Worden minerale oliesjeiks plantaardige oliebaronnen?
Eerder gepubliceerd in RetailTrends (2007)
In de woestijn van Baja California staat een eigenaardige boerderij. Onder de brandende zon aan de kust van de Golf van Mexico groeien tientallen hectares zeekraal. Deze sappige lekkernij wordt geteeld door Saline Seed Mexico, een bedrijf dat zich gespecialiseerd heeft in de verbouw van biologische groenten op verzilte woestijngronden. Zeekraal oftewel salicornia wordt in Mexico reeds winstgevend verbouwd (het bedrijf verscheept drie ton per week) en nu experimenteert Saline Seed Mexico met nieuwe zeegroenten zoals de zee-aster en de zeesla crystalline.
Zeegroenten zijn een relatief nieuw luxeproduct in de supermarkt. Een seizoensproduct, want zeekraal wordt van mei tot september geoogst, terwijl lamsoor tussen maart en juli beschikbaar is. Deze ietwat zoute vetplant past goed bij vlees en vis, of op zichzelf in een salade.
De verkoop biedt niet alleen commerciële kansen; het dient ook een maatschappelijk belang. Grote regio’s in China, India, Afrika, Australië, het Midden-Oosten en Latijns Amerika worden namelijke bedreigd door verzilting. Veertig procent van alle landbouwgronden in de wereld zijn in meer of mindere mate zout. Zoet water is schaars, en de woestijnen van onze wereld worden omringd door miljoenen hongerige bewoners.
Schaalvergroting
Zeekraal en lamsoor zijn nu nog moeilijk te vinden in het reguliere levensmiddelenkanaal, maar bij grootschalige verbouw ontstaat een heel andere dynamiek. Zeegroenten kunnen namelijk ook gebruikt worden als veevoer, als brandstof en als grondstof voor plantaardige olie en essences die bij de productie van geneesmiddelen of cosmetica van pas komt. De Franse firma’s Natlantis, Agrimer en Ocealys Laboratoire verwerken ondermeer zeegroenten, algen en wieren voor de cosmetische industrie.
Al deze toepassingen en het gegeven dat zeegroente geteeld kan worden op goedkope grond in landen met goedkope arbeidskrachten, maakt de verbouw kansrijk. Dat potentieel wordt onderkend door innovatieve ondernemingen in de agribusiness en vooruitziende investeerders. Er zijn de afgelopen jaren dan ook grootschalige experimenten opgezet met de teelt van verschillende zouttolerante planten.
Seawater Farm
In Eritrea is in 1995 door Carl Hodges van The Seawater Foundation aan de kust van de Rode Zee een zogenaamde seawater farm gebouwd, waar honderd hectare ingericht zijn voor de teelt van zeekraal en andere zeegroenten. In 2002 was de productie van deze boerderij op z’n hoogtepunt, totdat de staat die aandeelhouder was de leiding overnam. Hodges is ook betrokken bij de Bahia Kino zeewatertuin in Mexico, waar vierduizend hectare geschikt gemaakt worden voor garnalen- en zeegroenteteelt. Uiteindelijk moet het arsenaal dertigduizend hectare groot worden. Deze projecten worden gepresenteerd als milieuvriendelijk, maar ze zijn een vehikel van Seaphire International, en die onderneming wordt gefinancierd door het gen-technologiebedrijf Exeter Life Science.
Een ander experiment waar Seaphire International bij betrokken was, zijn de zouttuinen die in 1994 in Saoedi-Arabië opgezet zijn door de firma Behar. Deze onderneming heeft een farm van tweehonderdvijftig hectare gebouwd bij Ras Al-Zawr. Het doel was een oppervlak van 4500 hectare, en als de teelt zou aanslaan was een uitbreiding naar 200.000 hectare mogelijk.
De zeekraal die hier verbouwd wordt, zou ondermeer dienen voor de productie van plantaardige olie. Zo hopen minerale oliesjeiks uiteindelijk plantaardige oliebaronnen te worden. De firma Behar werd bijgestaan door Halophyte Enterprises uit Amerika, dat ook een oogje had op India waar een potentieel van 100.000 hectare geschikt te maken is voor zeegroenten. Ook in Egypte, Syrië en Iran zag deze onderneming goede mogelijkheden.
Zouden al die enorme projecten gerealiseerd zijn, dan was het aanbod van zeekraal waarschijnlijk explosief toegenomen, maar de meeste proefprojecten lijken nu met kerend tij geconfronteerd te zijn. Seaphire International is niet meer actief en Saline Seed Mexico maakt geen reclame meer voor zijn zeekraal en zeesla. Het huidige aanbod op de markt is grotendeels afkomstig van Europese landen. Klassieke oogstgebieden van zeekraal zijn te vinden in Frankrijk, Engeland en Portugal. In de Baie de Somme bij Abbeville (Picardië) wordt jaarlijks vier- tot vijfhonderd ton zeekraal geoogst door lokale vissers. En in Norfolk gaan elk seizoen een honderdtal plukkers op pad om wat bij te verdienen aan de oogst van pickleweed, de lokale naam van salicornia.
Gastronomie
Wie koopt deze zeelicatessen? Een belangrijke doelgroep voor zeegroenten zijn uiteraard gastronomen. Mensen die van lekker eten houden, en een experiment in de keuken niet uit de weg gaan. Veel zeegroenten waren vroeger armeluiskost, net als mossels en vis. Maar het imago van deze producten is geleidelijk verbeterd. Door jarenlange promotie heeft de Zeeuwse Mossel nu de status van lekkernij verworven. Zeker in België. En vis gaat dezelfde kant op, waar toenemende schaarste een bijdrage aan levert.
Zeegroenten zijn nog steeds schaars, maar dat komt ook omdat er niet veel vraag naar is. En omdat er niet veel vraag naar is, zijn er niet veel ondernemers die durven investeren in de teelt en ontwikkeling van nieuwe varianten. Er is ook geen telervereniging die aan promotie doet. Via de campagne Zeeuwse Zilte Zaligheden maakt het provinciebestuur van Zeeland echter wel reclame voor zeekraal en lamsoor. Deze regionale promotie vraagt aandacht voor alle producten van de Zeeuwse visserij en aquacultuur.
Met of zonder miljoeneninvesteringen van oliesjeiks en gentech-ondernemers is er op termijn zeker een toekomst voor zeegroenten. Ze zijn immers smaakvol, gezond en minder belastend voor het milieu. Een succesvolle teler is Roelof Hoogland in Friesland. Een jaar of tien geleden is deze boer erin geslaagd zee-aster te cultiveren, en nu verkoopt hij zijn lamsoor en zeekraal via de veiling aan horecagroothandels en direct aan Albert Heijn. Zeelicatessen blijven vooralsnog schaars, maar de liefhebber treft ze soms aan in de supermarkt om de hoek.