Er bestaan online platforms voor mensen die aan autodelen doen, die gereedschap uitlenen of partnerruil spannend vinden. We kennen AirBnB en Uber als giganten in de deel-economie, maar het Chinese fenomeen Daigou gaat nog een stap verder. Daarbij worden Chinese gemeenschappen in het buitenland ingeschakeld om producten in te kopen voor opdrachtgevers thuis in China.
Het woord daigou betekent letterlijk ‘kopen voor een ander’. Bestelbusjes vol Chinezen storten zich in Australië en Europa op de melkpoeder voor zuigelingen of andere producten die geliefd zijn back home in China.
In Australië schat men dat meer dan 50.000 Chinese immigranten inkopen voor hun moederland. Volgens de BBC zijn er wereldwijd meer dan een miljoen daigou-inkopers actief, maar die rekent waarschijnlijk ook shoppende toeristen mee. De praktijk is illegaal als de douane omzeild wordt, maar ook de Chinese marine doet eraan mee – zo bleek deze zomer tijdens een tussenstop in Sydney Harbour. Dat zijn de professionele omzeilers.
Belastingheffing
Het verschijnsel zou ontstaan zijn in 2005, nadat de Chinese overheid de belasting op importproducten verhoogde. In 2008 barstte het melkpoederschandaal los – er bleek kunststof toegevoegd te zijn aan Chinese zuigelingenvoeding. Gevolg was dat Chinese ouders bereid waren extra te betalen voor melkpoeder uit ‘veilige’ landen. In 2011 kreeg dit person-to-person systeem een impuls door de lancering van Weibo en WeChat, social networks die grensoverschrijdende 1:1 communicatie vergemakkelijken. Daigou-traders openen onder andere winkeltjes op Weidian, de shop-extensie van WeChat.
Sinds begin 2019 zijn een aantal productgroepen vrijgesteld van belasting, als die ingekocht worden bij elektronische platforms door middel van van enkelvoudige transacties. Elke Chinees mag jaarlijks voor ruwweg max 3800 dollar in het buitenland bestellen, meldt de website Asia Assist.
Bovendien moeten Daigou-handelaren zich nu registreren en belasting betalen. De douane controleert sinds begin 2019 strenger, want de fysieke invoer wordt doorgaans door reizigers verzorgd. De Chinese overheid probeert de particuliere parallelhandel zo in te perken, want het scheelt miljoenen aan belastinginkomsten.
D2C
Daigou beperkt zich niet alleen tot melkpoeder. Ook luxe-producten, elektronica en bijvoorbeeld wijnen zijn doelwit van daigou-traders, stelt blogger dumbshanghai (so kind to alowe me using her dragon illustration) vast. Een paar jaar geleden werd geschat dat 40% van alle luxegoederen-aankopen in China de daigou-route volgden. Adviesbureau Bain & Co meende dat deze stroom in 2016 een waarde van zes miljard dollar vertegenwoordigde.
Door handelaren wordt het verschijnsel al omschreven als D2C: Daigou-to-Consumer. Dat is een variant op Direct-to-Consumer. Merkleveranciers leren nu langzaam dat deze variant van D2C een goedkope vorm van marktonderzoek oplevert. Er is zelf een zogenaamde daigou-hunter, een online dienst om na te gaan of een specifiek merk te koop wordt aangeboden op Chinese marktplaatsen. En met een webplatform zoals Daigousales (initiatief in Australië) en diensten zoals Luxury Daigou in Londen wordt het fenomeen op inkoopmarkten versterkt.
Wafels
Een voorbeeld van een merkleverancier die op de daigou-train sprong, is de Duitse zoetwarenproducent Storck. Die leverde wafelrepen van het merk Knoppers aan Aldi in Australie, waar opgemerkt werd dat deze producten massaal ingekocht werden door Chinese daigou-traders. Storck levert zijn product nu direct aan Chinese groothandels. Ook Weet-a-Bix zag de schappen in Australië leeggeroofd nadat het product was verschenen in een Chinese soap-serie.
Misschien een suggestie voor onze peperkoek!