Op een veiling ruimt een kunst- en antiekhandelaar zijn voorraad op. Er staan enkele stoelen bij. Ik herken de klassieke Barcelona-stoel van Ludwig Mies van der Rohe meteen. Een stukje verderop staat het bijpassende voetenbankje. Ik maak een notitie om de veiling te volgen. Wat is de set waard? Wat is de set mij waard?
Een paar jaar geleden heb ik me al eens laten meeslepen in een bid war over vier oude buizenstoelen. Voor de liefhebbers: de MG5 van Marcel Breuer. Uitgevoerd in wit zadelleer. Ik had alleen geen benul. Die stoelen worden eindeloos nagemaakt en ook in namaak heb je dan weer onderscheid tussen goede kwaliteit en rotzooi. Ik betaalde een paar honderd euro voor het viertal en zag even later exact dezelfde stoelen voor veel minder. Die heb ik toen ook maar gekocht, in een verwrongen manier om het verlies te compenseren. Nou heb ik er dus acht.
De Barcelona-stoel heeft Ludwig Mies van der Rohe gemaakt voor het Duitse Paviljoen op de wereldtentoonstelling van 1929. Die eerste serie was ook wit, gemaakt van geitenleer. Het duurde tot de jaren vijftig voordat dit model seriematig gemaakt kon worden. Een originele stoel die in licentie gemaakt is bij fabrikant Knoll moet een duizendje of zes kosten; een kopie gaat voor zeshonderd van de hand.
Op de veiling werd deze witte stoel voor iets meer dan negentig euro verkocht. Met bijkomende kosten 129 euro. Het bijpassende voetenbankje deed notabene 149 euro.
Ik heb niet meegeboden. De stoel oogde wat bewerkelijk. Maar de eerste stoelen zijn al bijna een eeuw oud. Misschien was het wel een originele. FOMO!